03-12-2012 20:26

Huisjes komt niet langs Dolfing

 

Door Peter van Slochteren
 
STUIFZAND- Er stonden maarliefst tien wedstrijden op het programma bij biljartclub 't Kun Beter. Roelof Dolfing biljartte tegen Roelof Huisjes, die verre van in zijn ritme was, want er werd door Huisjes slechts één carambole genoteerd in veertien beurten en dat is Huisjes nog niet eerder overkomen. Roelof Dolfing maakte dankbaar gebruik van alle beurten die open lagen voor hem om te scoren. Er was niet veel moeite voor nodig en Dolfing was daarbij ook nog eens goed in vorm, want meteen in de openingsfase scoorde Dolfing een serie van drie en in de zesde beurt werd de serie met vijf nog hoger en stond daarmee al op tien. Na de elfde beurt, waarin Dolfing de veertien had gepasseerd, waren er nog twee te gaan. In de twaalfde beurt lukte het Roelof Huisjes om zijn eerste en tevens zijn enige carambole op papier te krijgen. In de veertiende beurt sloot Dolfing de wedstrijd af met een winnende carambole (16).
 
Klaas van Dalsem greep de kansen en benutte die goed, waarmee hij in een vlot tempo in negen beurten al op dertien stond. Het ging welvarend bij Van Dalsem. Dat kon met van Berend Hilberts dit keer niet zeggen, gezien de tussenstand van drie. Er was nog een lange weg te gaan voor Hilberts, maar die werd in de achttiende beurt stil gelegd door Klaas van Dalsem, want hij had zijn totaal van 27 bereikt. Hilberts kwam stil te staan bij zeven van de vijftien.
Geert Roffel kreeg weinig tegenslag van zijn opponent Albert Pol, die te weinig ruimte en tijd kreeg om te scoren, want Roffel begon goed met een serie van vijf en in zes beurten lag het verschil nog op vijf met tien tegen vijf voor Roffel. Roffel wist het verschil nog groter te maken, waarmee hij in slechts twaalf beurten al bij de eindstreep aankwam met vijftien. Albert Pol kwam niet verder dan zeven van de vijftien.
 
Gerrit Strijker begon rustig tegen Bennie Meppelink met zeven tegen vier in zeven beurten, maar des te meer beurten er voorbij kwamen, des te hoger legde Strijker zijn tempo en daar kon Meppelink niet aan tippen en gaf zich in zestien beurten met tien van de twintig gewonnen aan Strijker, die met vele series op dertig uitkwam.
 
Jan Heins biljartte wisselvallig tegen Kees Eijkelenboom, want in de eerste zes beurten ging het welvarend bij Heins met zeven tegen één, maar hierna werd het wat rustiger met Heins. Last van Eijkelenboom had Heins niet, want die bleef ver achter hem met scoren, waardoor Jan Heins de tijd had om de caramboles te maken. Er viel af en toe een gaatje van een aantal niet benutte beurten, maar wist die ontstane gaten al vrij vlot weer te dichten. De beurten verstreken en in de 34e beurt vond Heins het genoeg en had nog vier te gaan en kreeg die in een keer uit zijn keu. Eijkelenboom kwam vanaf de 30e beurt, waarin hij op acht stond met twee nog iets terug, maar aan tien had hij niet voldoende voor een overwinning, daarvoor had Eijkelenboom de overige vijf ook moeten maken, maar voor Heins was dat een geluk, dat Eijkelenboom niet zover kwam.
 
Jan Benning begon uitermate goed tegen Henk Heringa met al negen in twee beurten. Dit beloofde een speer van een wedstrijd te gaan worden voor Benning, maar meteen gingen er al vier beurten de mist in en kwam in de zevende beurt een serie van twee uit de mist. Heringa benutte zijn eersten in de vierde beurt en dat deed hij met een beste serie van zeven, waarmee de achterstand meteen bijna werd weggewerkt. Jan Benning nam de tijd en kreeg onderweg een enkele of een serie mee. Heringa kreeg het juiste ritme niet onder de knie dit keer, waardoor Jan Benning in zestien beurten al winnaar werd met 21. Henk Heringa scoorde nog een serie van vijf, maar verder dan vijftien van de 29 verschenen niet bij Heringa.
 
Het zag er in het begin van de wedstrijd goed uit voor Henk Denekamp met vijf tegen twee voor Anne Heins, maar al vrij vlot ging de druk naar beneden bij Denekamp en kreeg Heins juist meer druk achter zijn keu, zodat het Heins beter af ging dan Denekamp, die niet verder dan tien kwam in 24 beurten. Heins kreeg de winnende van negentien in genoemde beurten op papier te staan.
 
Klaas van Dalsem biljartte vlot tegen Berend Hilberts, maar tegen Aaldert Bisschop had hij veel meer moeite en gaf Bisschop zich niet zomaar gewonnen, daarvoor verstreken 32 beurten, waarin Bisschop op elf van de vijftien uitkwam en Klaas van Dalsem uiteindelijk won met 27. Van Dalsem biljartte met ups en downs. Bisschop scoorde alleen in de 32e beurt een serie, verder bleef het telkens bij één carambole.
 
Spannend was de wedstrijd tussen Henk Hilbrink en Jaap Meppelink, want in 22 beurten stond Meppelink op dertig en had hierna nog één winnende nodig en Hilbrink stond op elf, maar wist in de 25e beurt tevens op nog één verwijderd van een overwinning te komen. Meppelink had tot nu toe de winnende nog niet kunnen benutten, maar in de 26e beurt was het raak en scoorde hij de winnende (31). Voor Hilbrink een kleine teleurstelling, dat hij zover was gekomen, maar de vijftiende onbenut moest laten.
 
Geert Roffel wist met gemak de wedstrijd te winnen van Kees Eijkelenboom in 22 beurten met vijftien tegen nog maar drie. Blokbaar wist Roffel de biljartballen zo weg te leggen voor Eijkelenboom, dat ze moeilijk waren te maken. 
 

—————

Terug